Het Budget Financiële Middelen (BFM) budgettair type A (Acuut)

 Het Budget Financiële Middelen (BFM) vormt een belangrijk onderdeel van de financiering van de Belgische ziekenhuizen. De grafiek toont de evolutie van het Budget Financiële Middelen (BFM) voor de Belgische ziekenhuizen op 1 juli per onderdeel voor budgettair type A  (Acuut) (Bron FOD VVVL). Het BFM bestaat uit de volgende onderdelen:

  • A:
    • A1 : de investeringslasten
    • A2 : de korte termijn kredietlasten
    • A3 : investeringslasten van medisch-technische diensten.
  • B:
    • B1 : de kosten voor de gemeenschappelijke diensten;
    • B2 : de kosten voor de klinische diensten
    • B3 : de werkingskosten voor medisch-technische diensten;
    • B4 : de kosten die gedekt worden door het bijzonder bedrag voorzien in artikel 99 van de wet op de ziekenhuizen evenals de kosten die op een forfaitaire wijze worden gedekt;
    • B5 : kosten voor de werking van de ziekenhuisapotheek
    • B6 : de kosten voortvloeiend uit de aanvullende voordelen, waarin voorzien wordt door de sociale akkoorden van 4 juli 1991, 22 november 1991, 1 maart 2000 en 28 november 2000, toegekend aan het ziekenhuispersoneel waarvan de financiering geheel of gedeeltelijk ten laste valt van de erelonen en die hun oorsprong vinden in de in artikel 95, 2°, van de wet op de ziekenhuizen bedoelde gezondheidsverstrekkingen
    • B7 : de specifieke kosten voor de specifieke taken op het gebied van de patiëntenzorg, het klinisch onderricht, het toegepast wetenschappelijk onderzoek, de ontwikkeling van nieuwe technologieën en de evaluatie van de medische activiteiten
    • B8 : de specifieke kosten van een ziekenhuis met een op sociaaleconomisch vlak zeer zwak patiënten profiel.
    • B9: de kosten voortvloeiend uit de aanvullende voordelen, waarin voorzien door het Akkoord betreffende de federale gezondheidssectoren van 26 april 2005 afgesloten tussen de federale regering en de representatieve organisaties van de private non-profitsector en door het protocol nr. 148/2 van 29 juni 2005, 5 juli 2005 en 18 juli 2005 van het Gemeenschappelijk Comité voor het geheel van de openbare diensten.
  • C:
    • C1 : de aanloopkosten
    • C2 : de kosten met betrekking tot vorige of lopende dienstjaren die via inhaalbedragen worden gerectificeerd
    • C3 : het te verminderen bedrag voor de kamers met 1 bed en met 2 bedden, waarvoor overeenkomstig artikel 90 van de wet op de ziekenhuizen, supplementen boven het budget van financiële middelen worden geïnd
    • C4 : het geraamd teveel aan ontvangsten voor een bepaald dienstjaar voor wat de Sp-diensten voor palliatieve zorgen, de eenheden voor zware brandwonden en de psychiatrische ziekenhuizen betreft.

Voor meer informatie over de evolutie van de verschillen de onderdelen van het BFM: Cijfers en rapporten

De grafiek is gemaakt met R. Het is een persoonlijk project uit interesse voor de organisatie van onze Belgische gezondheidszorg.

Popular posts from this blog

Big Data for Health and Care - UHasselt Summer School of 2023

Belgische S2-centra voor acute beroertezorg met invasieve procedures

Het Antwerpse boosteren gaat zo snel dat het een ‘internationaal voorbeeld’ zou moeten zijn (NRC, 23 Dec. 2021)