Hoe de capaciteit én kwaliteit van de spoeddienst (ED, ER, SEH) in een Belgisch ziekenhuis te verbeteren

Inleiding

Hieronder probeer ik een praktisch kader - op drie niveaus uit te werken - om capaciteit én kwaliteit van de spoeddienst (ED, ER, SEH) in een Belgisch ziekenhuis te verbeteren, plus de belangrijkste knelpunten die optimale zorgprocessen in de weg staan.

Strategisch (12–36 maanden)

  • Bouwen van een “centrum voor ongeplande zorg” (spoeddienst + huisartsenwachtpost + één triagepoort). Co-locatie en gezamenlijke triage verminderen niet-urgente instroom op de spoeddienst en stroomlijnen doorverwijzingen. Dit is precies het model dat het KCE aanbeveelt voor België. 
  • Ziekenhuisbreed flow & bedmanagement als topprioriteit. Richt een centraal bedbureau op (24/7), maak “decision-to-admit → bed” een belangrijke KPI, en reserveer ‘early discharge’ bedden tegen 11u. (Opnames via de spoeddienst zijn substantieel; goede doorstroom verkort spoeddienst-boarding en wachttijden.) 
  • Financiering & incentives herbekijken. Werk ziekenhuisbreed met doel-KPI’s (door-to-doc, spoeddienst-LOS, Left Without Being Seen (LWBS)) en koppel interne middelen aan prestaties/veiligheid. Past binnen de KCE-opties voor hervorming van de spoedfinanciering. 
  • Capaciteit gericht plannen op basis van objectieve data. Gebruik MZG dashboards en eigen EPD-data om uur-en dagprofielen te modelleren; België telde meer dan 3 miljoen spoeddienst-contacten/jaar in 2010 - 2019, met duidelijke evoluties per regio en leeftijd. 
  • Digitale infrastructuur & interoperabiliteit. Real-time spoeddienst-dashboard met triage, wachttijden, bedden, labo/beeldvorming; geïntegreerd met eHealth-verbinding & huisarts. België heeft (nog) geen structureel, fedraal systeem voor wachttijdmeting - zet intern gestandaardiseerde metingen op. 
  • Netwerkafspraken met 112/MUG/PIT. Definieer pre-alert, bypass-criteria en herverdelingsafspraken binnen het (inter)ziekenhuisnetwerk. (Overzicht functies/locaties wordt door FOD VVVL opgevolgd.) 

Tactisch (1–12 maanden)

  • Triage professionaliseren en “streaming” inrichten. Borg één formeel triagesysteem (ESI of MTS), met nurse-initiated protocols (analgesie, labs, RX, ECG), en leid niet-complexe casuïstiek naar fast-track/minor-injury. Belgische spoedinsten gebruiken voornamelijk ESI (Emergency Severity Index) of MTS (Manchester Triage System) - beide zijn ingeburgerd. 
    • Emergency Severity Index (ESI:)
      • “Resources” (typisch): labo, medische beeldvorming (RX/CT/echo), intraveneuze medicatie/vloeistoffen, consult, gips/kleine procedure, sedatie… (zaken als bloeddruk meten, een EKG, wondpleister of een voorschrift tellen niet als resource).
      • Sterk in: doorstroom/“streaming” en capaciteitsplanning (je weet vroeg wie veel diagnostiek nodig heeft).
      • Let op: goede scholing en kalibratie nodig om ‘resource-inschatting’ consistent te houden.
    • Manchester Triage System (MTS):
      • Kernidee: triage aan de hand van presentatie-gebonden flowcharts (bv. “borstpijn”, “kortademigheid”, “wonde”), met “discriminators” (tekenen/symptomen) die je naar de juiste kleur/urgentie leiden.
      • Sterk in: uniformiteit en veiligheid bij uiteenlopende klachten; zeer ingeburgerd in Europa (incl. pediatrische varianten).
      • Let op: meer protocol-gedreven; minder expliciet over resource-behoefte.

  • Observation Unit/ED-short stay (6–24 u). Vermindert onnodige opnames, better flow voor syncope, laagrisico-thoracale pijn, TIA, cellulitis, dehydratie. (Onderbouwd in internationale literatuur; sluit aan bij KCE-visie op reorganisatie.) 
  • Diagnostiek versnellen. SLA’s met labo/beeldvorming (bijv. TAT CRP <60 min, CT-doorlooptijd <90 min), dedicated ED-slots, point-of-care testing.
  • Capaciteitsgestuurde roostering. Plan artsen/verpleegkundigen op aankomstcurves; bouw surge-roosters en een flexpool in; veranker skill-mix (triage-RN, flow-coördinator).
  • Samenwerking eerste lijn. Warme overdracht naar HWP (huisartsenwachtpost)/HA (huisarts), e-referrals vanuit de triage, terugverwijzingspaden mét snelle opvolgslots (48–72 u) bij polikliniek.
  • Patiëntcommunicatie en ‘no-show’ reductie. Wachtkamer-schermen met verwachte wachttijd per urgentiegraad; SMS-updates bij langere wachttijd; duidelijke PIFU-instructies (Patient-Initiated Follow-Up).
  • Kwaliteitsprogramma op kerntrajecten. Sepsis (time-to-AB), CVA (door-to-CT/door-to-needle), STEMI (door-to-balloon), pijn (opioïdsparend).
  • Lean/flow-projecten per proces. Triage→eerste handelingen, gipskamer-flow, ontslagproces; 5S-werkplek, standaard werk, bottleneck-kaarten.

Operationeel (dagelijks/wekelijkse routines)

  • Real-time huddles met escalatie. Elke 2 uur: instroom, WIP per zone, boarding, TAT’s; trigger-levels met acties (extra arts/bedden openen, redirect naar HWP).
  • Spoeddienst-command & control. Eén flow-coördinator (senior verpleegkundige/arts) bewaakt statusbord en stuurt herverdeling/streaming.
  • Vooruitgeschoven handelingen door verpleegkundigen. Protocolgestuurde analgesie, tetanus, wondzorg, labs/ECG; versnelt eerste zorgmoment.
  • Snelle ontslag-rondes. Checklists, drukwerk/QR-leaflets (papieren flyers/ontslagkaartjes met een QR-code), medicatieschema’s en veiligheidsnet-adviezen.
  • Continue meting & feedback. Dagelijkse dashboards, wekelijkse reviews per team, maandelijkse Morbidity & Mortality (M&M)/kwaliteit.
Real-time huddles zijn ultrakorte, staande overlegmomenten (3–7 min) die je elk(e) uur/twee uur en bij piekdruk houdt om de spoeddienst “op koers” te houden. Ze draaien om samen kijken → knelpunten benoemen → concrete acties toewijzen → klaar.

Maandelijkse M&M/kwaliteit is een maandelijkse, blame-free bijeenkomst waarin de spoeddienst klinische incidenten, bijna-incidenten én flow/kwaliteitsdata bespreekt, leert wat beter kan, en concrete verbeteracties vastlegt met proces-eigenaar en deadline.

Wat vooral de werking van spoed belemmert (Belgische context)

  • Spoeddienst-boarding door tekort aan klinische bedden en trage intramurale doorstroom. Gevolg: langere spoeddienst-LOS, hogere risico’s en ontevredenheid. (Opnames via spoeddienst vormen een groot aandeel; doorstroom is cruciaal.) 
  • Hoge niet-urgente instroom en fragmentatie van ongeplande zorg. KCE toont aan dat één toegang met triage (ED + HWP) nodig is om de juiste zorg op de juiste plek te krijgen. 
  • Variatie in triage en eerste handelingen. ESI en MTS bestaan naast elkaar; inconsistentie in toepassing en nurse-initiated care leidt tot variabele doorlooptijden. 
  • Diagnostische vertragingen. Beperkte nacht-/weekendcapaciteit of geen dedicated ED-slots voor CT/echo/labo zorgen voor bottlenecks.
  • Personeelstekorten en burn-out. Onzeker aanbod, piekinstroom en boarding maken roostering zwaar; moeilijk om ervaring (triage/flow) te borgen.
  • Fysieke lay-out die flow niet ondersteunt. Te weinig triage-balies, geen aparte fast-track, onvoldoende behandelstoelen vs. bedden. tekort aan lokale buffercapaciteit tussen spoed en beddenhuis.
  • Datagaten in wachttijdmeting. Er is (nog) geen structureel federaal Belgisch systeem om wachttijden te meten; zonder uniforme definities blijft benchmarking lastig. 
  • Onheldere netwerkafspraken met 112/MUG/PIT/ziekenwagens. Onevenwichten in aanvoer van patiënten en het ontbreken van bypass-/herverdelingscriteria veroorzaken piekdruk. 

Meet & stuur op een compacte set KPI’s

  • Instroom/doorlooptijd: door-to-triage, door-to-doc, spoeddienst-LOS (p50/p75/p90) per urgentiegraad.
  • Capaciteit/flow: boarding-tijd (decision-to-admit → bed), time-to-imaging, lab-TAT, fast-track-doorlooptijd.
  • Kwaliteit/veiligheid: Left Without Being Seen (LWBS), 72-u heropname naar spoeddienst, pijnscore-reductie binnen 30 min, sepsis/cardiologie/CVA zorgtrajecten.
  • Ervaring: NPS (Net Promoter Score)/Consumer Assessment of Healthcare Providers and Systems (CAHPS-items), informatie-score, wachttijdperceptie (consumentenpeilingen tonen wachttijden die sterk met urgentie variëren). 

Consumer Assessment of Healthcare Providers and Systems (CAHPS) zijn publiek beschikbare, gevalideerde vragen. Voor een spoeddienst kun je “CAHPS-stijl” items inzetten rond:
  • Wachttijd & informatie
    • “Kreeg u een duidelijke uitleg over de verwachte wachttijd?” (Nooit/Soms/Meestal/Altijd)
  • Communicatie arts/verpleegkundige
    • “Legde de arts dingen uit op een manier die u begreep?” (Nooit/Soms/Meestal/Altijd)
    • “Luisterde de verpleegkundige aandachtig naar u?” (Nooit/Soms/Meestal/Altijd)
  • Pijn & comfort
    • “Werd uw pijn binnen 30 min na melding adequaat aangepakt?” (Ja/Nee/N.v.t.)
  • Ontslaginformatie (discharge)
    • “Kreeg u duidelijke schriftelijke instructies over wat thuis te doen en wanneer terug te komen/bellen?” (Ja/Nee)
  • Medicatie-uitleg
    • “Werd uitgelegd waarvoor nieuwe medicatie is en mogelijke bijwerkingen?” (Nooit/Soms/Meestal/Altijd)
  • Algemene beoordeling
    • “Hoe zou u de zorg in de spoeddienst beoordelen?” (0–10)

Waarom deze? Ze koppelen direct aan stuurbare processen (wachttijdcommunicatie, klinische uitleg, ontslag) en sluiten aan bij internationale CAHPS/Spoeddienst-varianten.

Lage-inspanning / hoge-impact “quick wins”

  • Nurse-initiated protocols en triage-balie verdubbelen tijdens piekuren.
  • Fast-track voor kleine traumatologie/laagcomplexe klachten met behandelstoelen.
  • Bedhuddle om 10u en 14u met duidelijke spoeddienst-boarding-triggers.
  • Spoeddienst-statusbord zichtbaar voor spoeddienst + opnameplanning (bedbureau) + radiologie + labo.
  • Communicatiekaarten & schermen met uitleg triage/verwachte wachttijd per kleurcode (Emergency Severity Index/Manchester Triage System).

Tot slot

Waarom dit nu? De Belgische vraag naar acute zorg blijft groot (historisch meer dan 3 miljoen spoeddienst-contacten/jaar), terwijl wachttijden niet structureel gemeten worden. Wie intern meet en op doorstroming stuurt, wint snel op capaciteit én veiligheid.

Bronnen:

Organisation and payment of emergency care services in Belgium: current situation and options for reform (KCE Rapport 263)

Comparison the Emergency Severity Index and Manchester Triage System in Trauma Patients (NIH)

Gezondheidszorginstellingen (spoed)

Spoedgevallen

www.112.be


Popular posts from this blog

Het Budget Financiële Middelen (BFM) budgettair type A (Acuut)

Belgische S2-centra voor acute beroertezorg met invasieve procedures

Hervorming van de Belgische ziekenhuisfinanciering - struikelblokken & mogelijke hervormingsscenario's en hun voor- en nadelen