Hoe internationale standaarden zorg misschien doeltreffender kunnen maken: een Belgische bril

Inleiding

“Appropriate care” en doelmatige zorg vragen om betrouwbare data die over instellingen, regio’s en landen heen vergelijkbaar zijn. Dat is precies waar SNOMED CT, WHO ICD-11 en WHO ICHI voor ontworpen zijn, en - meer op macroniveau - SHA 2011, ISCO-08, IHR (2005) en de WHO/SDG-indicatoren. In België sluiten deze bouwstenen aan bij MZGM-registraties en de financiering via het Budget Financiële Middelen (BFM). Hieronder probeer ik hun rol te schetsen, de verwachte effecten op Potentieel Vermijdbare Complicaties (PVC)/Potentieel Vermijdbare Heropnames (PVH)/Quadruple Aim, en hun potentieel nut voor internationale benchmarking.

 1) SNOMED CT, WHO ICD-11 en WHO ICHI als motor voor appropriate & doelmatige zorg in België

SNOMED CT is de klinische terminologie voor datainvoer aan het bed (problemen, bevindingen, procedures, allergieën…), met als doel betekenisvolle, herbruikbare data (“code once, use many”). België bouwt hier stapsgewijs en langzaam maar zeker expliciet op - met een nationaal terminologieprogramma, een terminologie-portaal/server en een plan om SNOMED CT in huisartspraktijken en ziekenhuizen te verankeren en te hergebruiken in registers en BIHR (Belgian Integrated Health Record). Dit past in het eHealth-actieplan 2022-2024 en de BIHR-doelstelling 2025-2027. Door semantische interoperabiliteit verbetert de continuïteit van zorg én de hergebruikskwaliteit (kwaliteit, onderzoek, benchmarking).

WHO ICD-11 is de WHO-standaard voor rapportering en statistiek (morbiditeit/mortaliteit) sinds 1 januari 2022. WHO en SNOMED International werken aan een duurzame koppeling/mapping tussen WHO ICD-11 en SNOMED CT zodat detailregistraties uit de kliniek (SNOMED CT) veilig kunnen aggregeren naar WHO ICD-11 voor beleid/rapportering. Let op: de mapping is werk in uitvoering; WHO ICD-11 is autonoom bruikbaar, maar de koppeling zal de gegevensstroom tussen kliniek en beleid aanzienlijk versoepelen.

WHO ICHI classificeert interventies (wat zorgsystemen doen) via drie assen - Target, Action, Means - en is beroeps- en setting-neutraal. Daarmee kun je zorgactiviteiten consistent analyseren over specialismen en lijsten heen (chirurgie, diagnostiek, revalidatie, eerstelijn, publieke gezondheid). Voor appropriate care is dat cruciaal: je kunt zien welke interventie werd geleverd, aan wie en op welke manier, en dat vergelijken met (inter-)nationale wetenschappelijk onderbouwde richtlijnen en uitkomsten.

Belgische context. Vandaag (anno 2025) registreert MZG medische gegevens (MG-MZG) met ICD-10-BE (de migratie uit ICD-9-CM gebeurde in 2015 (2016)). ICD-10-BE is gebaseerd op het Amerikaanse ICD-10-CM (diagnosen) en ICD-10-PCS (procedures). MZG is verplicht voor alle Belgische niet-psychiatrische ziekenhuizen en vormt de grondstof voor beleid, evaluatie en (onrechtstreeks) financiering. Een overstap naar WHO ICD-11 en het structureel toepassen van WHO ICHI zou de vergelijkbaarheid en de diepgang van analyses verder vergroten. België heeft niet de mankracht en de middelen om een eigen classificatie, met alles wat daarbij hoort, te ontwikkelen en te onderhouden.

WHO ICD-10 is niet hetzelfde als het Amerikaanse ICD-10-CM dat in België wordt gebruikt voor MZG. MKG en MVG werden in 2008 vervangen door MG-MZG en VG-MZG als onderdeel van MZG.

Beleidskoppeling aan doelmatigheid. RIZIV positioneert doelmatigheid expliciet als “nodige, wetenschappelijk onderbouwde en doelmatige zorg” en koppelt appropriate care aan de (Quintuple) Aim-doelen. Zonder kwaliteitsvolle gestandaardiseerde data aan de bron blijven die doelen blind. Kwaliteitsvolle en (klinisch) correct SNOMED CT-gecodeerde EPD-data die naar WHO ICD-11/WHO ICHI aggregeren, maken sturen op gepaste zorg meetbaar.

 2) Potentiële effecten op PVC, PVH, Quadruple Aim, MZG en BFM

 (a) Potentieel Vermijdbare Complicaties (PVC)

  • Betere detectie en gevalsdefinitie. Met SNOMED CT leg je complicaties fijnmazig vast (bijv. kathetergerelateerde infecties, VTE). Met WHO ICHI (ICD-10-PCS) beschrijf je de interventies die eraan voorafgingen; met WHO ICD-11 (ICD-10-CM), kun je diagnosen voor beleid consolideren. Hierdoor wordt de set “potentieel vermijdbaar” consistenter en minder afhankelijk van lokaal coderingsgedrag.
  • ‘Present on admission’ (POA) en ernst. In de Belgische DRG-context (APR-DRG) worden complicaties die tijdens het verblijf ontstaan anders behandeld dan diagnoses aanwezig bij opname; dat beïnvloedt de severity of illness  (SOI) en risk of mortality (ROM). Duidelijke POA-registratie en betere terminologie beperken upcoding en verbeteren vergelijkbaarheid van complicatieratio’s.

 (b) Potentieel Vermijdbare Heropnames (PVH)

  • Robuustere indicatoren. Vlaanderen monitort ongeplande heropnames (bv. binnen 7 dagen). Als diagnose, oorzaak en interventies gestandaardiseerd zijn (SNOMED CT/ WHO ICD 11/WHO ICHI), kun je case-mix beter corrigeren en transitie-zorg (medicatieverificatie, ontslagplanning) eerlijker beoordelen.

 (c) Quadruple Aim

  • Betere uitkomst- én procesmeting. SNOMED CT/WHO ICHI zorgen voor inhoudelijke context bij procesindicatoren; WHO ICD-11 voor internationale vergelijkbaarheid van uitkomsten. Dat ondersteunt de vier doelen - ervaring patiënt, populatiegezondheid, kosten/waarde, én werkplezier zorgverleners - door gericht feedback te geven waar variatie en verspilling (misuse/overuse) zit.

 (d) Minimale Ziekenhuis Gegevens (MZG)

  • Datakwaliteit en hergebruik. MZG krijgt rijkere, consistenter gecodeerde data (SNOMED CT bij invoer, WHO ICD-11/WHO ICHI voor extracties). Het Rekenhof bepleitte al een kwaliteitsdoorlichting bij de ICD-9-CM naar ICD-10-BE-migratie; de volgende stap is gecontroleerde transitie naar WHO ICD-11 met duidelijke mappings en kwaliteitscontroles. Zoals bij alle data gedreven toepassingen, geldt ook ook hier Garbage In, Garbage Out (GIGO).

 (e) BFM (Budget Financiële Middelen)

  • Eerlijkere case-mix en prikkels. Het BFM is een gesloten enveloppe met onderdelen A/B/C. De allocatie en evaluatie gebruiken o.a. MZG/DRG-informatie (APR-DRG). Beter onderscheid tussen comorbiditeit en complicatie, en precieze interventiecodering, leidt tot rechtvaardiger vergelijking van resources en (indirect) tot doelmatiger inzet van middelen.

 3) Rol bij WHO, OESO en Eurostat voor internationale benchmarking

WHO.

  • WHO ICD-11 is het mondiale rapporteringskader; WHO ICHI maakt vergelijkingen van interventies mogelijk; de GHO (Global Health Observatory) en de 100 Core Health Indicators (incl. SDG-indicatoren) gebruiken landenstatistieken die idealiter uit kwaliteitsvolle gestandaardiseerde klinische registraties komen. De IHR (2005) en recente wijzigingen verhogen bovendien de eisen aan noodzaak en kwaliteit van data-uitwisseling bij gezondheidscrises.
  • De SNOMED CT–WHO ICD-11-link (in ontwikkeling) zal klinische granulariteit naar WHO-rapportages brengen zonder nood aan lokale dubbelregistratie. Dat faciliteert potentieel internationale vergelijkingen en benchmarking.

 OESO & Eurostat.

  • SHA 2011 is de standaard om zorguitgaven te meten en is het fundament van de Joint Health Accounts Questionnaire (gezamenlijke OESO–Eurostat–WHO dataverzameling). Dat creëert financieel-economische vergelijkbaarheid (curatieve zorg, aanbieders, financieringsregelingen).
  • HCQI-kader van de OESO (kwaliteit-indicatoren) en Eurostat-statistieken (bv. ziekenhuisontslagen naar diagnose) steunen op ICD-codering en op gestandaardiseerde personeelsstatistiek via ISCO-08 (zorgberoepen). Zo worden kwaliteit, activiteit en workforce internationaal vergelijkbaar.

Conclusie voor benchmarking. Als België SNOMED CT (primair), WHO ICD-11/WHO ICHI (secundair), en SHA/ISCO (macro) kwalitatief, consistent en coherent inzet, worden HSPA/Gezond België-indicatoren (mogelijks) vergelijkbaarder met WHO/OESO/EU-peers, met minder registratielast door hergebruik.

 4) Implementatie: kansen en randvoorwaarden

  • Governance & tooling. Werken via het Belgische Terminologie Centrum/NRC-werking (terminologieportaal/server), FHIR-profielen en “code once, use many” in kwalitatieve, correct ingerichte en gebruikte klinische software (EPD). Richt kwalitatieve, correct ingerichte en gebruikte waardeketens in van datainvoer → mapping → rapportering (MZG/HSPA/HCQI).
  • Mapping & kwaliteit. Houd rekening met het feit dat SNOMED CT↔WHO ICD-11-mappings nog evolueren; investeer in validatie, training en POA-registratie; koppel meetsets voor PVH/PVC expliciet aan terminologie en classificatie.
  • Transparantie & beleid. Maak indicatoren publiek en methodologisch duidelijk (bv. PVH binnen 7 dagen), en benut ze in BFM-prikkels zónder codesturing (gaming) te belonen.

Tot slot

Voor appropriate care en doelmatige zorg is datakwaliteit de hefboom. SNOMED CT levert betekenisvolle klinische invoer; WHO ICD-11 en WHO ICHI maken beleidsrapportage en interventie-analyse robuust; SHA 2011, ISCO-08, IHR en WHO/SDG-indicatoren zorgen voor internationale vergelijkbaarheid. In België sluiten ze (potentieel) naadloos aan bij MZG en BFM, mits kwalitatief, ergonomisch, correct geïmplementeerd en toegepast. Met gerichte implementatie kan dit het aantal PVC en PVH doen dalen, én de Quadruple Aim dichterbij brengen - met een betere zorgervaring, zorguitkomsten en doelmatigheid voor patiënten enerzijds en potentieel voor zorgteams anderzijds.

Gebruikte bronnen (selectie)

SNOMED CT & Belgische terminologie-aanpak: Terminology Center/NRC (presentatie BIHR/eHealth, 2024).

WHO - WHO ICD-11 (implementatie/FAQ)

WHO - WHO explores collaboration with SNOMED International for linkage between WHO ICD-11 and SNOMED CT (WHO–SNOMED International samenwerking).

WHO - WHO International Classification of Health Interventions (ICHI)

WHO -  WHO ICHI Reference Guide - WHO International Classification of Health Interventions

FOD Volksgezondheid - Minimale Ziekenhuis Gegevens (MZG)

Rekenhof - Minimale ziekenhuisgegevens en verwante registratiesystemen (ICD-10-BE-migratie, 2017)

FOD Volksgezondheid - The ICD-10-BEimplementation project in Belgium - 2009 - 2025 (30/05/2014)

FOD Volksgezondheid/KU Leuven - Pentalfa sessie ICD-10-BE (23/04/2015)

Zorgnet-Icuro - Together we count - PVC/PVH indicatoren (2014)

VIKZ - Thema: Ongeplande heropnames (Vlaamse kwaliteitsindicator “heropnames binnen 7 dagen”)


RIZIV - Spending Review- Doelmatige zorg (18/03/2022)

WHO - The Global Healthe Observatory - Explore a world of health data

WHO - Global Reference List of 100 Core Health Indicators (plus health-related SDGs) (2018)

Eurostat (EU) - A System of Health Accounts 2011 (Revised edition March 2017)

Eurostat (EU) - 2022 joint OECD,Eurostat and WHO health accounts (SHA 2011) - data collection  - electronic questionnaire - explanatory notes (version February 2022)


OECD - Health Care Quality Indicators Project - Conceptual Framework Paper


Bodenheimer, T., & Sinsky, C. (2014). From triple to quadruple aim: care of the patient requires care of the provider. The Annals of Family Medicine, 12(6), 573-576.

Fung, K. W., Xu, J., Ameye, F., Gutiérrez, A. R., & D'Havé, A. (2017, February). Leveraging lexical matching and ontological alignment to map SNOMED CT surgical procedures to ICD-10-PCS. In AMIA Annual Symposium proceedings (Vol. 2016, p. 570).

Fung, K. W., Xu, J., & Ameye, F. (2020). Comparison of Three International Terminologies for Medical Interventions and Procedures. In AMIA.

Fung, K. W., Xu, J., Ameye, F., Burelle, L., & MacNeil, J. (2022). Evaluation of the International Classification of Health Interventions (ICHI) in the coding of common surgical procedures. Journal of the American Medical Informatics Association, 29(1), 43-51.

Fung, K. W., Xu, J., Brear, H., Lane, A., Lau, M., Wong, A., & D'Havé, A. (2024). Promoting interoperability between SNOMED CT and ICD-11: lessons learned from the pilot project mapping between SNOMED CT and the ICD-11 Foundation. Journal of the American Medical Informatics Association, 31(8), 1631-1637.

Halbesleben, J. R., & Rathert, C. (2008). Linking physician burnout and patient outcomes: exploring the dyadic relationship between physicians and patients. Health care management review, 33(1), 29-39.

Popular posts from this blog

Het Budget Financiële Middelen (BFM) budgettair type A (Acuut)

Belgische S2-centra voor acute beroertezorg met invasieve procedures

Hervorming van de Belgische ziekenhuisfinanciering - struikelblokken & mogelijke hervormingsscenario's en hun voor- en nadelen