Waarom in de Belgische ziekenhuizen kruiscontroles nodig zijn tussen MZG, nomenclatuur en medicatie
Inleiding In Belgische ziekenhuizen komen de kwaliteit en de doelmatigheid van de zorg voor de patiënt pas scherp in beeld wanneer klinische datastromen consistent en coherent naar een zelfde zorgtraject verwijzen: diagnoses/procedures (MG-MZG, ICD-10-BE), verpleegkundige activiteiten (VG-MZG), RIZIV-nomenclatuur en apotheeklog/toediening. Waar die klinische datastromen divergeren, is het vaak onmogelijk met zekerheid te zeggen of de zorg voor de patiënt volgens (internationale, gevalideerde wetenschappelijk) richtlijnen verliep (timing, indicatiestelling, middelkeuze, nazorg). Precies daarom kijkt de federale Eenheid Audit Ziekenhuizen (EAZ) in thematische audits expliciet naar congruentie tussen klinische documenten, registraties (MZG) en facturatie (RIZIV, FAGG). Hieronder doe ik een bescheiden poging tot een (min of meer) samenhangend overzicht van welke inconsistenties tussen de medische codering (MG-MZG/ICD-10-BE), de verpleegkundige codering (VG-MZG), nomenclatuur...